De Heideboerderij is gericht op het gezamenlijke beheer van gemeenschappelijke natuurlijke hulpbronnen (‘commons’). In het Heideboerderijsysteem werken hele verschillende partijen als boeren, schaapherders, natuurorganisaties en bewoners met elkaar samen als een gemeenschap, waarbij niet alle partijen een even grote betrokkenheid hebben. De SHN heeft een stappenplan ontwikkeld om dit te organiseren.
Vroeger organiseerden lokale gemeenschappen het beheer van de gemeenschappelijke ‘woeste gronden’ gezamenlijk via het bestuursmodel, dat in Gelderland, Overijssel en Drenthe Marke en in Brabant Gemeynt werd genoemd. Zo organiseerden zij het beheer van gemeenschappelijke natuurlijke hulpbronnen, in het Engels ‘commons’ genoemd. Met de Heideboerderij gaan we dat in feite opnieuw organiseren.
De Marke en de Gemeynt zijn bijna geheel verdwenen uit Nederland, maar in Engeland, Spanje en Portugal zijn nog functionerende commons. Op de Veluwezoom zijn de Geërfden van Velp een nog functionerend restant van oude Marke. Huis- en grondeigenaren in Velp zijn automatisch Geërfde van Velp en mogen meepraten over de heide van het Rozendaalse Veld en vier weides. Er zijn heide- en weidecommissarissen en jaarlijks organiseren de Geërfden van Velp een heideschouw. Met gemeente Rheden, die formeel de eigenaar van de gebieden is, is een convenant gesloten om de verhoudingen te regelen.
Met het opzetten van de Heideboerderij Veluwezoom organiseren we dus een nieuwe Marke, waarin de gemeenschappelijke natuurlijke hulpbronnen (commons) gezamenlijk door alle deelnemers worden beheerd. Schrijver benoemt voor de Heideboerderij vier gemeenschappelijke hulpbronnen:
- Bodem (bodemleven, nutriënten, organische stof);
- Landschap (habitat, elementen, structuur, infield, outfield);
- Natuur (biodiversiteit, biomassa, het weerbeeld);
- Cultuur (historisch bouwplan, historische rassen, recreatief gebruik, agrarische productie).
De commons zijn in slecht daglicht komen te staan vanwege het artikel met de klinkende titel ‘The Tragedy of the Commons’ dat Gareth Harding in 1968 in Science publiceerde. Hardin stelde in zijn artikel dat mensen niet in staat zijn om natuurlijke hulpbronnen in gemeenschappelijk bezit — de ‘commons’ — gezamenlijk te beheren. De tragedie van de commons was volgens hem dat eigenbelang mensen ertoe zou drijven om die natuurlijke hulpbronnen uit te putten.
De stelling van Harding is sindsdien vele malen weerlegt: mensen blijken heel goed in staat om natuurlijke hulpbronnen in gemeenschappelijk bezit gezamenlijk te beheren. In Engeland en Portugal zijn nog diverse gemeenschappelijke gronden die via een goed functionerend systeem van zelforganisatie worden beheerd. Econome Elinor Ostrom is een van de drijvende krachten geweest in het onderzoek naar het beheer van ‘common pool resources’, kortweg commons, en heeft daarvoor de Nobelprijs voor de economie gekregen.
Uit een jarenlang durend en uitgebreid onderzoek naar commons die op een robuuste en duurzame manier functioneerden, heeft Ostrom acht algemene ontwerpprincipes gedestilleerd voor het beheer van de commons: afbakening, afstemming, keuzearrangementen, monitoring, sancties, conflictbemiddeling, zelfbeschikking en borging (Tabel 1). Deze principes zijn volgens Ostrom geen absolute voorwaarden voor een geslaagd zelfbestuur van natuurlijke hulpbronnen, maar vormen wel een goede leidraad.
Tabel 1: De ontwerpprincipes van de commons (Bron: Schrijver, 2018).
Principe |
Omschrijving |
1. Duidelijke afbakening
|
Het moet duidelijke zijn welke individuen of huishoudens welke rechten hebben op goederen van de common en ook de grenzen van de common zelf zijn scherp gedefinieerd. |
2. Afstemming van regels op de locatie
|
Toekenning van rechten met restricties ten aanzien van het gebruik is afgestemd met regels over beheerinspanningen en gerelateerd aan de lokale omstandigheden. |
3. Collectieve keuze arrangementen
|
Iedereen die te maken krijgt met de operationele regels van de common krijgt ook een stem bij wijzigingen daarin. De bijdrage van eenieder in termen van geleverde inspanningen en daaruit voortvloeiende verdiensten is in balans. |
4. Monitoring
|
Leden van de schouw die toezien op de toestand van de common en op het gedrag van gebruikers leggen verantwoording af aan de deelnemers in de common of zijn zelf deelnemer. |
5. Geleidelijke sancties
|
Deelnemers die regels overtreden krijgen sancties opgelegd door andere deelnemers, of door een daartoe aangewezen externe autoriteit (bijvoorbeeld een schouw commissie), in overeenstemming met de ernst en de frequentie van overtredingen. |
6. Conflictbemiddeling
|
Deelnemers en externe autoriteiten hebben snelle toegang tot lage kosten mechanismen in een lokale arena om conflicten op te lossen tussen deelnemers onderling of tussen deelnemers en externe commissie. |
7. Minimale rechten voor zelfbeschikking |
Het recht van deelnemers om hun eigen instituties toe te rusten wordt niet betwist door overheden. |
8. Ingebedde bedrijven
|
De organisatie van eigendomsrechten, levering van middelen, monitoring, handhaving, conflictafhandeling en beheeractiviteiten bestaat uit meerdere lagen (netwerk) van ingebedde bedrijven. |
Schrijver onderscheidt vijf categorieën gebruikers van de commons in de Heideboerderij: terreinbeheerders, herders, boeren, bewoners (burgers, consumenten), bestuurders. Daar kunnen de ondernemers (bakker, molenaar, brouwer) aan worden toegevoegd. De deelnemers aan de Heideboerderij maken niet allemaal in dezelfde mate gebruik van de commons en zijn er ook niet in dezelfde mate afhankelijk van (Figuur 4). Bewoners en ondernemers als bakkers of molenaars zijn minder betrokken bij de commons dan natuurbeheerders of schaapherders. Over de mate van dit gebruik moet in de Heideboerderij gezamenlijk afspraken gemaakt en overeenkomsten gesloten worden. Met de Heideboerderij streven de gebruikers (terreinbeheerders, herders, boeren, bewoners en bestuurders) op de Veluwezoom naar een gemeenschappelijk beheer van de natuurlijke hulpbronnen bodem, landschap, natuur en cultuur. Zo ontstaan stromen van goederen en diensten tussen de gebruikers (Figuur 4).
Figuur 4: De deelnemers aan de nieuwe Marke en de stromen van goederen en diensten.
In de Heideboerderij werken de deelnemers samen aan het gemeenschappelijk organiseren van ecologische, economische en maatschappelijke kringlopen via de innovatie van de nieuwe Marke.
Voor de uitvoering van de Heideboerderij zijn de ontwerpprincipes van de commons (Tabel 1) uitgewerkt tot een stappenplan. De 8 principes worden hieronder stapsgewijs uitgewerkt in drie fases om het complexe samenwerkingsverband van ongelijksoortige partijen in de Heideboerderij op te bouwen en te organiseren.
Voor de Stichting Heideboerderij Nederland bleken de principes in de praktijk veel overeenkomsten te vertonen met fases of stapjes die gemaakt moeten worden om tot een goed functionerende Heideboerderij te komen. Er zit namelijk een opvolgende logica van principe 1 tot 8: je begint niet met het instellen van sancties (5) of conflictbemiddeling (6) als je niet eerst de rechten op en de grenzen van de commons (1) definieert. Dit stappenplan vormt de leidraad in de opbouw en organisatie van de Heideboerderij, waarbij in de praktijk aan meerdere stappen tegelijkertijd zal worden gewerkt.
Het gebruik van de ontwerpprincipes als stappenplan voor de ontwikkeling van de Heideboerderij strookt niet helemaal met de bedoeling van Ostrom. Zij heeft de acht ontwerpprincipes ontwikkeld naar aanleiding van een uitgebreide studie van goed functionerende systemen om bijvoorbeeld gezamenlijk het beheer van visbestanden, irrigatiesystemen of bossen te regelen. Dat zijn eendimensionale systemen van één soort natuurlijke hulpbron met één groep gebruikers. De Heideboerderij heeft meer dimensies. Enerzijds zijn (groepen) gebruikers die samenwerken in de Heideboerderij ongelijksoortig, van een eenmansbedrijf als de schaapherder of akkerbouwer tot een nationale natuurorganisatie als Natuurmonumenten. Anderzijds zijn er meerdere soorten natuurlijke hulpbronnen in de Heideboerderij aanwezig; Schrijver noemt er in zijn rapport vier: bodem, landschap, natuur, cultuur. Dit is terug te zien in de ecologische, economische en maatschappelijke kringlopen die in de Heideboerderij worden ontwikkeld.
Als we de 8 ontwerpprincipes uitwerken naar een stappenplan, komen daar concrete acties uit naar voren. Hieronder zijn die acties algemeen geformuleerd. In hoofdstuk 3 zullen we de acties voor de Heideboerderij Veluwezoom meer in detail uitwerken.
- Afbakening
- Algemene doelen van de Heideboerderij Veluwezoom vaststellen (ecologie, economie, maatschappij)
- Fysieke grenzen van het gebied vaststellen
- Vaststellen potentiële groepen deelnemers
- Businessplan maken voor gebiedscoöperatie
- Opzetten, financiering en exploitatie gebiedscoöperatie
- Deelnemers werven
- Ontsluiten kennis en ervaring voor deelnemers
- Afstemming
- Doelen van de Heideboerderij Veluwezoom nader uitwerken en afstemmen per deelnemer
- Controleerbare afspraken maken over doelen en kwaliteit van producten en diensten
- Businesscases maken voor de verschillende groepen/deelnemers voor producten en diensten
- Realiseren van korte ketens voor producten van de Veluwezoom (start met Veluws Markebrood; POP3 De Bekoring)
- Gezamenlijke marketing voor de Heideboerderij Veluwzoom
- Teeltplannen en begrazingsplannen maken die aansluiten op korte ketens, businesscases en biodiversiteit
- Beheerplannen maken voor akkers, hooilanden, heide en schaapskudde
- Besluitvorming
- Per groep vastleggen waarop en hoe men inspraak heeft
- Organiseren van besluitvormingssysteem
- Afstemmen van jaarplannen (per groep deelnemers en voor coöperatie)
- Regels voor monitoring en sancties opstellen
- Monitoring
- Monitoringsplan vaststellen (interne en externe audits)
- Organiseren gezamenlijke kennisontwikkeling (o.a. onderzoek, coaching, training van deelnemers)
- Nulmeting met Donutmodel
- Jaarlijks monitoring met Donutmodel
- Resultaten bespreken en verwerken in volgende (jaar)plannen en jaarverslag
- Sancties
- Vaststellen van geleidelijke sancties (aan de hand van 1 t/m 4)
- Monitoring gebruiken voor interne en externe controle
- Conflictbemiddeling
- Opzetten van laagdrempelig en goedkoop systeem voor conflictbemiddeling
- Monitoring gebruiken voor interne en externe controle
- Zelfbeschikking
- Onderzoeken welke ruimte er bij welke maatregel is en indien nodig verruimen
- Experimenteerruimte organiseren voor de uitvoering
- Obstakels in wet- en regelgeving in kaart brengen en verhelpen
- Zorgen dat maatregelen passen bij subsidies (staatssteun)
- Inbedding
- Doorlopend bestaande afspraken evalueren, aanvullen en verbeteren
- Bestendigen van externe samenwerking
Zo wordt de organisatie van de Heideboerderij via het stappenplan opgedeeld in drie fases:
- Definitie: Via afbakening, afstemming en besluitvorming wordt vastgelegd wat de doelen van de Heideboerderij zijn en hoe die worden nagestreefd.
- Organisatie: Via systemen om monitoring, sancties, conflictbemiddeling en zelfbeschikking te organiseren, wordt vastgelegd hoe het nastreven van de doelen vanuit punten 1 t/m 3 procesmatig wordt georganiseerd en geëvalueerd.
- Borging: Via inbedding worden punten 1 t/m 7 geborgd in de organisaties van de afzonderlijke deelnemers en in de gezamenlijke definitie en organisatie van de Heideboerderij.